7 Hermetische Vragen: Jeroen Windmeijer en Jacob Slavenburg
Er is de laatste jaren een vernieuwde interesse het hermetisme. In 2016 bracht de Bibliotheca Philosophica Hermetica het boek De Hermetische Geschriften uit. Waar van begin af aan veel belangstelling voor was en is. En wie online zoekt naar ‘Hermes’ of ‘hermetica’ vindt tientallen boeken die de laatste jaren zijn verschenen, zowel in Nederland als in het buitenland.
Ook de academische wereld heeft het hermetisme weer ontdekt. Voor wie het geld ervoor over heeft, zijn er dure wetenschappelijke boeken verschenen met niet alleen nieuwe vertalingen maar ook met baanbrekend onderzoek naar de Egyptische wortels van het hermetisme. Iets wat lange tijd werd ontkend door de “deskundigen”.
Deze maand verschijnt er bij uitgeverij HarperCollins Holland de nieuwe thriller ‘Het Isisgeheim’, waarin Hermes Trismegistus, het hermetisme en de Egyptische godin Isis een centrale plek innemen. Het boek is geschreven door twee auteurs die hun sporen in de literatuur en de wetenschap meer dan verdiend hebben; Jeroen Windmeijer en Jacob Slavenburg.
Jeroen Windmeijer is bekend van de bestseller thrillers ‘Het Petrusmysterie’, ‘Het Pauluslabyrint’ en ‘Het Pilgrim Fathers Complot’. In dit laatste boek neemt de vrijmetselarij een belangrijke plaats in. Cultuurhistoricus Jacob Slavenburg is bekend van de bestsellers ‘De Hermetische schakel’, ‘Vrijen met God’ en ‘Reis langs de Mysteriën’. Van dit laatste boek kan men ook een online cursus volgen. Tevens geeft Jacob Slavenburg cursussen over de wijsheidstradities bij hem thuis.
De Mystieke School: “Beste Jeroen en Jacob, leuk dat jullie dit gezamenlijke interview willen doen. Natuurlijk zijn we zeer benieuwd waarom jullie Isis, Hermes en het hermetisme hebben uitgekozen als onderwerp voor jullie nieuwe boek. Kunnen jullie hier meer over zeggen, zonder natuurlijk spoilers te geven?”
Jacob: “Het heeft me gefascineerd dat Isis als Egyptische godin zo’n grote uitstraling heeft gehad in de antieke wereld, maar ook – tot op de dag van vandaag – regelmatig onderwerp van gesprek is in spirituele bewegingen en in de literatuur. Ik denk daarbij bijvoorbeeld aan de Hermetic Order of the Dawn, waar een belangrijk ritueel aan Isis is gewijd. Maar ook aan recente publicaties, zoals Isis en de 14 sleutels tot heelwording, compleet met Isis mysteriekaarten.”
Jeroen: “Voor mij is het ook bij Isis begonnen. Zo heb ik het beeld van Isis lactans, de zogende Isis, altijd fascinerend gevonden: de moeder Isis die de bij haar op schoot zittende Horus de borst geeft. Precies deze voorstelling is later heel belangrijk geworden in de christelijke iconografie, waarbij moeder Maria de plaats van Isis heeft ingenomen en het goddelijke kind Jezus die van Isis’ zoon Horus.
Veel van deze beelden van Isis zijn rechtstreeks in kerken terecht gekomen waar ze vanaf toen onder namen werden vereerd. Van huis uit ben ik antropoloog met een eindeloze fascinatie voor religie en mythologie. Ik vind het mooi dat oude verhalen telkens weer in een nieuw jasje worden gestoken en zo door worden gegeven aan nieuwe generaties.”
De Mystieke School: “Kunnen jullie een tekst of een gedeelte uit de hermetische geschriften herinneren waardoor jullie in het bijzonder zijn geraakt, of die als inspiratie diende voor jullie nieuwe boek ‘Het Isisgeheim’?”
Jeroen: Voor mij is dat de uitspraak “Zo boven, zo beneden”, zonder twijfel de bekendste regels uit de Smaragden Tafel, de cryptische tekst die aan Hermes Trismegistus wordt toegeschreven. Ze wijst op de sterke verbondenheid tussen de macrokosmos – de dingen boven – en de microkosmos – de dingen beneden – oftewel de aarde en het leven op aarde.
De mens zelf wordt gezien als de weerspiegeling van de kosmos. Er is maar één enkel bewustzijn waar al het andere uit voortspruit, de anima mundi, of wereldziel. Zodra je zelf tot het diepe inzicht komt, dat de scheidslijn tussen jou en de wereld buiten jou in principe schijn is, ligt de weg tot eenwording met de kosmos voor je open.
Jacob: “Toen ik bezig was met het onderzoek naar de hermetische traditie voor mijn boek ‘De Hermetische Schakel’ kwam ik Isis tegen als leerlinge van Hermes Trismegistus (Stobaeusfragmenten, vooral de Korè Kosmou). Een van de ontroerendste teksten vind ik wel de profetie van Hermes die Isis doorgeeft aan haar zoon Horus:
Het is niet gepast, mijn zoon, dat ik dit verhaal onvoltooid zou laten.
Ik moet je zeggen wat Hermes aankondigde toen hij de boeken verborg.
Hij sprak aldus:
`Heilige boeken,
geschreven door mijn onvergankelijke hand,
en gezalfd met het medicijn der onsterfelijkheid;
weersta de tand des tijds
en blijf ongezien en onopgemerkt
voor allen die de vlakten van dit land doorkruisen,
tot het moment waarop de oeroude hemel
zielen voort zal brengen die u waardig zijn.”
De Mystieke School: “Zoals jullie vast wel weten, bestaan de hermetische geschriften uit teksten in de vorm van een dialoog waarin Hermes Trismegistus zijn wijsheid verwoordt en waarop zijn leerlingen, bijvoorbeeld Tat en Asclepius, reageren.
Wij beginnen op de website een nieuwe rubriek ‘De 7 Hermetische Vragen’ waarin we bekende en minder bekende mensen via de hermetische dialoog-vorm interviewen. Jullie hebben de eer de eersten te zijn en deze rubriek af te trappen.
Hieronder vind je zeven vragen die gebaseerd zijn op teksten uit de hermetische geschriften. We zijn zeer benieuwd hoe jullie aankijken tegen de tijdloze wijsheid van Hermes.
De 7 hermetische vragen
“Dat universele wezen dat alles bevat en dat alles is, brengt de ziel en de wereld in beweging, en alles wat de natuur omvat. In de veelvoudige eenheid van universeel leven zijn de ontelbare individualiteiten die zich door hun variaties onderscheiden niettemin op een zodanige manier verenigd dat het geheel één is en dat alles voortkomt uit eenheid.”
Vraag 1: Hoe kijk je tegen deze uitspraak aan over het Ene van – en in – Alles?
Jeroen: “Dat is precies wat ik eerder al opmerkte bij “zo boven, zo beneden”. Voor mijn studie antropologie heb ik in Bolivia zes maanden in een kleine indiaanse gemeenschap aan de oevers van het Titicacameer gewoond – mijn laatste thriller De Offers is deels op dit veldwerk gebaseerd.
De Aymara-indianen beschouwen de wereld om zich heen als levend – en niet alleen de planten en de dieren, maar alles: Pacha Mama (‘Moeder Aarde’), de wind, de regen, de bergen, de wolken, de zon, alles. Het zijn als het ware personen die je leven op een goede dan wel slechte wijze kunnen beïnvloeden en je moet met ze op goede voet blijven staan.
Net als met mensen ga je met die wereld om je heen een relatie aan die is gebaseerd op wederkerigheid – ik geef jou, jij geeft mij (‘do ut des’) – en op evenwicht: niet meer nemen dan de ander kan geven.
Zij zien zichzelf ook niet als geplaatst tegenóver die natuur, maar als onlosmakelijk onderdeel ervan. Alles wat is, is gewoon een andere uitdrukkingsvorm van de schepping. Of dat nou een boom is, een mens, een rivier of een vis. Uiteindelijk is alles met alles verbonden en is alles één.
Jacob: “De Hermetica staat voor de heelheid van alles. Omdat alles uit de Ene is voorgekomen is alles ‘familie’ van elkaar, kosmos, mens, dier, plant, mineraal. Alles ademt een diep respect uit voor al wat leeft. Sterker nog, de mens vindt de goddelijke vonk in zichzelf. Of, in de woorden van Hermes:
“De mens, Asclepius, is een groot wonder. Een wezen dat respect en aanbidding waardig is. Want temidden van deze goddelijke natuur beweegt hij alsof hij zelf een God is.”
Vraag 2: Vind jij ook dat de mens een (goddelijk) wonder is en waarom?
Jacob: “Dit citaat werd met graagte gebruikt door Pico della Mirandola in zijn sublieme ‘Rede over de menselijke waardigheid’. Het viel in de Italiaanse Renaissance in uiterst vruchtbare aarde. Ook in de christelijke Gnosis leert men dat de meest wezenlijke en inherente kern in de mens de godsvonk is. Zoals professor Gilles Quispel vaak treffend zei: ‘De mens is een gevallen god die zich de hemel herinnert’.
“Door zich bij het goddelijke te voegen, minacht de mens datgene wat hij in zich heeft van het aardse. Hij verbindt zich door een band van liefde met alle andere wezens, en voelt zich daardoor noodzakelijk voor de handhaving van de universele orde. Hij richt zich tot de hemel. En in deze gelukkige middelste sfeer waarin hij is geplaatst, houdt hij van alles wat onder hem is, en is hij geliefd door alles dat boven hem is. Hij is rentmeester van de aarde.”
Jeroen: “Ik geloof inderdaad dat we, zoals Jacob zegt, een goddelijke vonk in ons dragen, die niet kan doven. Die goddelijke kern is vast komen te zitten in de materie, al is dat eigenlijk een te negatieve omschrijving. Misschien is het beter te zeggen dat die kern wordt omhuld door een sterfelijk lichaam.
Met dat ‘vast komen zitten’ kom je al snel uit op de materie, op het lichaam, als iets negatiefs, iets waar die vonk in verstrikt is geraakt, door gevangen wordt gehouden. Maar ik denk dat het hebben van een lichaam, het hier op aarde leven, ons juist te kans geeft te leren en te groeien. Uiteindelijk is het ons doel om weer te worden verenigd met de oerbron. Ik denk dat alle religies uiteindelijk tot doel hebben ons weer terug naar God te geleiden. Of zoals Joni Mitchell in Woodstock al zong: “We’ve got to get our ourselves back to the garden”.”
“Door zich bij het goddelijke te voegen, minacht de mens datgene wat hij in zich heeft van het aardse. Hij verbindt zich door een band van liefde met alle andere wezens, en voelt zich daardoor noodzakelijk voor de handhaving van de universele orde. Hij richt zich tot de hemel. En in deze gelukkige middelste sfeer waarin hij is geplaatst, houdt hij van alles wat onder hem is, en is hij geliefd door alles dat boven hem is. Hij is rentmeester van de aarde.”
Vraag 3: Hoe kijk jij aan tegen de rol van de mens als ‘middle manager’ van de wereld? En hoe breng jij dat eventueel in de praktijk?
Jacob: “De minachting van het aardse is een wat ascetisch trekje dat in bijna iedere religie de kop opsteekt. Met op de juiste manier omgaan met het aardse en geen slaaf van de materie worden, vormt de mens de brug tussen het geestelijke en het stoffelijke. Deze middenweg is ook mijn streven.”
Jeroen: “Ja, precies. Dit sluit ook weer aan bij wat ik bij de vorige vraag vertelde. De materie is niet per se onze vijand, ons lichaam ook niet. Het komt neer op de Gulden Middenweg zoals Jacob terecht opmerkt, en zoals mensen als Aristoteles de Boeddha al hebben gesteld.
Epicurus is de grondlegger van het hedonisme – toen had dat een andere betekenis dan het “you-only-live-once” wat er nu van is gemaakt. Zijn recept voor geluk was heel eenvoudig. In de eerste plaats is dat niet meer willen hebben dan je nodig hebt – geniet met mate. In de tweede plaats is dat niet willen hebben wat een ander heeft – het gras lijkt ergens altijd groener, een belangrijke bron voor ongeluk en ontevredenheid.”
“Zij allen, Asclepius, hebben niet de ware intelligentie. Ze worden misleid wanneer ze zich laten leiden naar het beeld van de dingen, zonder naar de ware aard ervan te zoeken. Het is dus op deze manier dat het kwaad in de mens wordt voortgebracht. En dat de eerste van alle schepselen zichzelf bijna tot het niveau van de beesten verlaagt.”
Vraag 4: Hoe kijk jij aan tegen dit inzicht dat onze focus op uiterlijkheden slecht is en ons doet gedragen als beesten?
Jeroen: “Deze focus op uiterlijkheden geeft vooral ook heel veel onrust, omdat het geluk dat je ermee verkrijgt vluchtig is. Je blijft maar jagen om telkens opnieuw gevoed te worden, maar wat je vindt is tijdelijke brandstof die het innerlijke vuur maar voor een kort moment doet oplaaien. En je kunt dan steeds verder gedreven worden om je roes te bereiken, als een verslaafde heb je ook een steeds grotere kick nodig om hetzelfde te voelen.
Toen ik nog leraar godsdienst op een middelbare school was, liet ik ieder jaar leerlingen drie momenten opschrijven waarop ze echt heel erg gelukkig waren geweest. Daarna mocht iedereen er eentje uitkiezen en die op het bord schrijven. Ieder jaar gaf die bij alle klassen weer precies hetzelfde resultaat, heel mooi om te zien. Geen van de dingen die op het bord stonden, had ook maar iets met spullen te maken, maar het waren altijd immateriële zaken als ervaringen met vrienden of familie, een mooi feest, een boswandeling, een mooie boottocht, dansen of muziek luisteren, iemand na lange tijd weer zien…”
Jacob: “Verslaving aan uiterlijkheden brengt mens en wereld niet verder. Het sleutelwoord is telkens weer: Bewustzijn.
In het Corpus Hermeticum lezen we:
Zielen van mensen die het Bewustzijn niet als stuurman ontvingen, (hebben) hetzelfde lot als de zielen van dieren. Het Bewustzijn laat hen betijen en geeft hen over aan de irrationele begeerten, waartoe zij zich laten meeslepen door een onweerstaanbare drang. Als dieren razen zij en begeren zij redeloos zonder ophouden, zij krijgen maar niet genoeg van het boze. (CH 12.4)
In het Hermetische Oxfordfragment (paragraaf 4), dat ook een belangrijke rol in ons boek Het Isisgeheim speelt, lezen we:
Als het vermogen tot onbeheerste opwellingen zich losmaakt van het rationele denken, wekt het onbesuisd gedrag op. Onbesuisd gedrag leidt immers tot allerlei soorten kwaad, en daarom zitten slechte mensen vol haat.
Daar kan ik mij helemaal in vinden.”
“De meeste mensen maken filosofie obscuur door ingewikkelde vragen. Door er andere wetenschappen aan te verbinden, maken ze de filosofie onnodig ingewikkeld. Misleid door de subtiele maar onware uitspraken van de sofisten, zullen zij zich afkeren van de ware, zuivere en heilige filosofie. Dat is het Hogere te bewonderen, de creatie te vereren en de gerichtheid op de volheid van het goede. Dit is de enige filosofie die niet ontheiligd is door de nutteloze nieuwsgierigheid van de geest.”
Vraag 5: Hoe kijk jij aan tegen deze kritiek dat religie, filosofie, spiritualiteit of levensbeschouwing door veel mensen nodeloos ingewikkeld wordt gemaakt?
Jeroen: “Ik heb moeite met dit citaat. Er is niets mis met het verbinden van filosofie met andere wetenschappen lijkt me. Wat ik juist mooi vind is dat dat oude filosofische en religieuze inzichten, zoals de eenheid van de schepping, juist bewezen lijkt te worden door de moderne natuurwetenschappen zoals de quantumfysica en de quantummechanica.
Ik heb boeken als Het Intentie Experiment en Het Veld van Lynne MacTaggert, Het Akashaveld van Ervin Laszlo of Honden weten wanneer hun baas thuiskomt van Rupert Sheldrake juist verslonden. Waar het misschien misgaat als mensen een omhaal van woorden gaan gebruiken als ze deze inzichten uit gaan leggen. Een ware leraar kan iets ingewikkelds heel inzichtelijk en zonder ingewikkeld te doen uitleggen.”
Jacob: “Ik denk dat een en ander best ingewikkeld is. Diegenen die er niet voor openstaan schuiven het gemakshalve onder de mat. Wij, als onderzoekers en schrijvers, hebben de taak om deze zaken zo helder en inzichtelijk mogelijk weer te geven.
Ik probeer het in mijn werken zo begrijpelijk mogelijk te vertellen. Ik werk ook bijna altijd met voet- of eindnoten, waar ik voor de geïnteresseerden meer op de technieken in kan gaan, aangevuld met literatuurverwijzingen.”
“In die dagen zal de wijze man als gek gezien worden en de goddeloze zal als een wijze worden begroet. Agressieve mannen zullen als dapper worden gezien. De slechtste mensen zullen als de beste mensen worden toegejuicht. De ziel en alles wat daarbij hoort, waardoor iemand die sterfelijk is geboren in staat zal zijn om het eeuwige leven te bereiken, al die dingen die ik aan jou heb uiteengezet, zullen slechts onderwerpen zijn voor spot en zullen als onzinnig worden beschouwd.”
Vraag 6: Hoe kijk jij aan tegen deze voorspelling? Beschrijft het onze huidige tijd?
Jacob: “Deze passage uit de Asclepius (25) betreft een profetie wat er met Egypte zal gebeuren als de ‘goden tot een mythe uit vervlogen tijden worden’ (Asclepius 24). Wonderlijk genoeg zien we ook enkele eeuwen later dat christenen verschrikkelijke dingen doen in Egypte. De geleerde vrouwe Hypatia wordt levend gevild, de beeld van Hera wordt stukgeslagen en de grootste bibliotheek die de oudheid kende wordt in brand gestoken.”
Jeroen: “Ik denk dat we in een vreemde tijd leven, waarin inderdaad dwaze mensen het voor het zeggen hebben. We zien figuren als Trump, Poetin, Netanyahu en Erdogan en tal van leiders met autoritaire trekjes aan de macht, mensen die vooral het eigen belang voorop stellen. Net als met Big Pharma, Big Oil, Big Agri… allemaal bedrijven die het profijt op korte termijn najagen, ten koste van mensen, de natuur, de samenhang binnen samenlevingen…
In Nederland zien we dat er juist bezuinigd wordt in kwetsbare sectoren, zoals cultuur, bibliotheken, universiteiten, op studies die “niet winstgevend zijn’, op mensen aan de randen van de samenleving. “Alles van waarde is weerloos”, dichtte Lucebert al.
Tegelijkertijd voel ik een tegenbeweging opkomen, nog niet erg machtig, maar de roep om verandering wordt wel luider. Steeds meer mensen zien in dat bijvoorbeeld de manier waarop we omgaan met de natuur tot onze ondergang zal leiden. Ook zie ik dat de georganiseerde religiositeit afneemt, maar dat de interesse van mensen in spiritualiteit en zingeving juist sterker lijkt te worden.”
“Asclepius: ‘Is de wereld dan goed, Trismegistus?’
“Ja, de wereld is goed, Asclepius, zoals ik je zal uitleggen. Het Hogere geeft aan alle wezens en aan alle dingen in de wereld op verschillende manieren van het goede, zoals onze jeugd, onze ziel en ons leven. Maar het verspreidt ook het goede in de wereld zoals de veranderende seizoenen, de vruchten van de aarde, geboorte, groei, volwassenheid en andere soortgelijke geschenken.”
Vraag 7: Zie jij de wereld ook als inherent goed en vervuld van het goede?
Jeroen: “De wereld is neutraal denk ik zelf, maar het is aan ons om de positieve potentie die in alles aanwezig is te realiseren. Met een brok marmer kun je iemand de hersens inslaan, maar je kunt er ook een beeldje van maken dat mensen in vervoering brengt. Ik denk dat het onze taak in deze wereld is om het goede te bevorderen en het licht te verspreiden en om het slechte, dat er ook is, tegen te gaan en de duisternis te bestrijden. Dat klinkt wel heel bijbels, haha…”
Jacob: “Helemaal mee eens. Ik denk dat er sprake is van een evolutie naar een totaalbewustzijn, dat is de Waarheid, Goedheid en Schoonheid zou Plato zeggen. Dat is dan ook precies de vraag van Asclepius aan Hermes in hoofdstuk 16: ‘kon God het kwaad niet uitsnijden en weghalen uit de werkelijkheid?’
Hermes antwoord daarop is vernuftig in zijn eenvoud: (Mensen) beweren dat God eigenlijk de wereld in ieder geval van het kwaad had moeten vrijwaren: het is echter nu zó reëel in de wereld aanwezig dat het wel lijkt of het een onderdeel van de kosmos is. Het is toch zonneklaar dat het Opperwezen in alle redelijkheid al van te voren zijn tegenmaatregelen getroffen heeft en wel daardoor dat hij aan de zielen van de mensen genadiglijk geest, begrip en gnosis geschonken heeft.
Daardoor staan wij boven alle andere levende wezens: met die gaven alleen kunnen wij de listen en lagen en aanslagen van het kwaad vermijden. Als een mens dat kan vermijden als het in zicht komt, nog voor hij er in verstrikt is geraakt, dankt hij dat aan de godgegeven gnosis en het godgegeven inzicht, dat hem als een muur beschermt. Want het hoogste Goed is de grondslag van alle menselijk begrip.”