7 Hermetische Vragen: Lisa Hompes
In de rubriek ‘7 Hermetische Vragen’ interviewen we bekende en minder bekende mensen via de hermetische dialoog-vorm. In deze aflevering geeft Lisa Hompes, Catalyst bij de Embassy of the Free Mind haar kijk op de tijdloze wijsheid van Hermes.

Lisa Hompes begon haar hermetisch pad via het weten. Ze interesseerde zich voor allerlei filosofieën uit verschillende hoeken van onze aarde en tijdens verschillende tijdperken. Ze las vele boeken hierover, op zoek naar kennis en wijsheid. Het eindeloze willen weten sloeg langzaam om in het willen voelen, belichamen en leven. In een eureka!-moment besefte Lisa dat ze niet alles hoefde te begrijpen wat ze voelde, en dat intuïtie eventueel verbonden is met een dimensie die verder reikt dan de beperkte hokjes van de ratio.
Dat was een flinke omslag voor iemand die vooral met eindeloze intellectuele nieuwsgierigheid de wereld probeerde te omvatten. Maar het vlijmscherpe mes van het intellect kan altijd fijner hakken, en Lisa besefte dat uit eindelijk je toch altijd weer dezelfde kosmische grap tegenkomt dat alles hetzelfde is op een ander niveau (microcosmos/macrocosmos).
In haar zoektocht naar het doorvoelen van filosofie kwam ze terecht bij de Embassy of the Free Mind op de Keizersgracht in Amsterdam. Een plek waar de Bibliotheca Filosofica Hermetica is geopend voor het publiek, een plek waar wijsheden tot leven kunnen komen. Alhoewel Lisa nu een tijdje in de Italiaanse stad Florence woont, is ze als Catalyst nog steeds hecht verbonden met de Embassy of the Free Mind.
Op dit moment woont Lisa in het adembenemende Florence, waar ze een cursus Kunstgeschiedenis volgt over de Renaissance-periode. Het idee van verbinding met de bron maken, met goddelijke schoonheid, en dit om te zetten in iets tastbaars wat haar weer verbindt met het ontastbare, vindt ze een waanzinnig ervaring.
Ook is Lisa een tekencursus aan het volgen in een van de enige ateliers ter wereld waar ze nog op de langzame manier leren schilderen, van levende modellen en met verf gemaakt zoals tijdens de periode van de kunstenaars Brunelleschi, Botticelli en Michelangelo. Hier leert ze ook om zelf verf te maken.
Op haar hermetische pad voelt Lisa veel dankbaarheid dat ze nu in een stad mag wonen wat de belichaming is van het samenkomen van hart – hoofd – handen – geest – ziel – lichaam. From spirit to matter, matter to spirit!

Hieronder vind je zeven vragen die gebaseerd zijn op teksten uit de hermetische geschriften. We zijn zeer benieuwd hoe Lisa Hompes aankijkt tegen de tijdloze wijsheid van Hermes.
De 7 hermetische vragen
“Dat universele wezen dat alles bevat en dat alles is, brengt de ziel en de wereld in beweging, en alles wat de natuur omvat. In de veelvoudige eenheid van universeel leven zijn de ontelbare individualiteiten die zich door hun variaties onderscheiden niettemin op een zodanige manier verenigd dat het geheel één is en dat alles voortkomt uit eenheid.”
Vraag 1: Hoe kijk je tegen deze uitspraak aan over het Ene van – en in – Alles?
Deze eenheid, het bewustzijn, liefde of hoe je het ook wilt omvatten in woorden (laten we het God noemen) is voor mij het allesomvattende, zoals boven omschreven wordt. Ik heb het ooit zo begrepen dat “God” zichzelf wou leren kennen, maar zich hiervoor moest opsplitsen – want hoe kan je ooit iets ervaren zonder contrast? Dat is is net als proberen temperatuur te omschrijven naar iemand die altijd in exact dezelfde graden zit. Zonder het contrast van warmer en kouder is het fenomeen van temperatuur niet te begrijpen.
Zo heb ik ooit begrepen dat de eenheid (GOD) zichzelf in bijna oneindig veel deeltjes heeft opgesplitst om zichzelf te leren kennen. Zo zijn wij dus allemaal “God” die zichzelf via talloze manieren leert kennen door zichzelf oog in oog met zichzelf te laten komen. Lachen! Zo maken alle ontelbare individualiteiten uit eindelijk verenigd alsnog het geheel.
“De mens, Asclepius, is een groot wonder. Een wezen dat respect en aanbidding waardig is. Want temidden van deze goddelijke natuur beweegt hij alsof hij zelf een God is.”
Vraag 2: Vind jij ook dat de mens een (goddelijk) wonder is en waarom?
Ja, omdat we het portaal naar de goddelijkheid in ons dragen. Echter ben ik er minder van overtuigd dat uitsluitend de mens een wezen is wat aanbidding waardig is. Een boom die honderden jaren stilstaat en zuurstof evenals energie filtert, in stille rust, is voor mij minstens een even groot wonder.
“Door zich bij het goddelijke te voegen, minacht de mens datgene wat hij in zich heeft van het aardse. Hij verbindt zich door een band van liefde met alle andere wezens, en voelt zich daardoor noodzakelijk voor de handhaving van de universele orde. Hij richt zich tot de hemel. En in deze gelukkige middelste sfeer waarin hij is geplaatst, houdt hij van alles wat onder hem is, en is hij geliefd door alles dat boven hem is. Hij is rentmeester van de aarde.”
Vraag 3: Hoe kijk jij aan tegen de rol van de mens als ‘middle manager’ van de wereld? En hoe breng jij dat eventueel in de praktijk?
Ik ben het eens dat we zeker niet moeten vergeten dat we aards zijn. Het zal wel zo zijn dat we allemaal God zijn, dat we allemaal ter gelijke tijd een hogere zelf hebben en misschien zelfs in alle dimensies ter gelijke tijd bestaan. Maar nu zijn we nou eenmaal hier. Dus daarom vind ik het zelf vaak ook fijn om juist heel aards te zijn. Om me niet te goed te voelen voor ‘menselijke emoties’, te denken dat ik alleen maar positief en poeslief moet zijn. Tuurlijk is bewust destructief gedrag onheilig, maar jezelf mens te laten zijn, hoort voor mij bij de aardse ervaring, en daar wil ik mij niet te goed voor voelen.
Grappig genoeg voel ik me zo juist goddelijker, want zoals in het citaat omschreven wordt, is verbinding voelen met andere wezens, en mens zijn, essentieel voor de universele orde. Misschien is het dus juist het beste wat we kunnen doen, echt mens zijn… door zonder weerstand (en met zo veel mogelijk liefde) te leven.
“Zij allen, Asclepius, hebben niet de ware intelligentie. Ze worden misleid wanneer ze zich laten leiden naar het beeld van de dingen, zonder naar de ware aard ervan te zoeken. Het is dus op deze manier dat het kwaad in de mens wordt voortgebracht. En dat de eerste van alle schepselen zichzelf bijna tot het niveau van de beesten verlaagt.”
Vraag 4: Hoe kijk jij aan tegen dit inzicht dat onze focus op uiterlijkheden slecht is en ons doet gedragen als beesten?
Na mijn mening is de fysieke realiteit een uitdrukking van essentie. Zo ben ik het niet helemaal eens dat een verbinding met het fysieke puur oppervlakkig is; ik zie het als de expressie van de geest.
Echter ben ik het er wel mee eens dat het maar een suggestie is, een uitgestoken hand wat men hopelijk meeneemt naar de bron ervan. Goddelijke kunst wordt ook wel ‘’iconisch’’ genoemd. Letterlijk betekent dit dat het kunstwerk van zichzelf niet het goddelijke is, maar ernaar verwijst en zou moeten doen denken aan het goddelijke. Het wordt dan ook als onheilig gezien als men de kunst, zij het een beeldje, schilderij of handwerk, te hoog prijst. Dan is het net als naar de vinger kijken van iemand die naar een volle rozenmaan wijst.
Als men dit begrijpt, en het fysieke gebruikt als verwijs, als contemplatieve materie om ons te her-inneren met het goddelijke, dan is het prachtig!
“De meeste mensen maken filosofie obscuur door ingewikkelde vragen. Door er andere wetenschappen aan te verbinden, maken ze de filosofie onnodig ingewikkeld. Misleid door de subtiele maar onware uitspraken van de sofisten, zullen zij zich afkeren van de ware, zuivere en heilige filosofie. Dat is het Hogere te bewonderen, de creatie te vereren en de gerichtheid op de volheid van het goede. Dit is de enige filosofie die niet ontheiligd is door de nutteloze nieuwsgierigheid van de geest.”
Vraag 5: Hoe kijk jij aan tegen deze kritiek dat religie, filosofie, spiritualiteit of levensbeschouwing door veel mensen nodeloos ingewikkeld wordt gemaakt?
Ik ben het er deels mee eens. Ook al is het ironisch om een filosofie te hebben over hoe filosofieën onzuiver zijn.
Soms hebben we die zoektocht gewoon nodig om wat te doen te hebben, toch? We zijn tenslotte cyclische wezens. Eventjes de complexiteit opzoeken en via daar weer de weg terug naar de eenvoud vinden. Daar is niks mis mee, als je maar niet verwacht ooit ‘het antwoord’ te vinden.
Aan het begin van ons leven wordt ons een soort blauwdruk opgelegd van mens zijn. Doelen. Dan wordt opeens gezegd, oh nee, grapje… het gaat niet om de bestemming, het gaat om de reis zelf! En dan komt de laatste kosmische grap, dat er helemaal geen bestemming is. Dus dan kan je net zo goed met je hart en intuïtie leven, da’s een stuk leuker.
“In die dagen zal de wijze man als gek gezien worden en de goddeloze zal als een wijze worden begroet. Agressieve mannen zullen als dapper worden gezien. De slechtste mensen zullen als de beste mensen worden toegejuicht. De ziel en alles wat daarbij hoort, waardoor iemand die sterfelijk is geboren in staat zal zijn om het eeuwige leven te bereiken, al die dingen die ik aan jou heb uiteengezet, zullen slechts onderwerpen zijn voor spot en zullen als onzinnig worden beschouwd.”
Vraag 6: Hoe kijk jij aan tegen deze voorspelling? Beschrijft het onze huidige tijd?
Ik kom dit heel vaak tegen, inderdaad. Het komt vaak voor in de vorm dat iets of iemand zich presenteert als iets heiligs, en door er heel dicht bij te komen is het geloofwaardig. Je ziet het constant in marketing, politici… alles wat ons probeert te laten geloven dat wij en de natuur niet genoeg zijn, en allemaal dingen nodig hebben buiten onszelf. Zo geloof ik zelfs dat we in staat zijn hele magische wezens te zijn, maar wij al zo veel jaren worden ontkracht omdat ons wijs wordt gemaakt dat we externe mensen of middellen nodig hebben om deze magie te beheren.
Dit kan alleen als je je ware kern niet kent, je ware kracht. Dan kan je worden misleidt. Als je niet verbonden bent met je intuïtie, met het portaal van de wijsheid wat we allemaal in ons hart dragen. Vandaar het oude gezegde wat bij voorbeeld in de tempel van Apollo bij Delphi staat ingeschreven: Nosce Te Ipsum. Ken uzelf. Dan kan je het zelfs “die dagen” die in het citaat zijn omschreven doorkomen, en het allemaal als uitdagingen zien om de diamant te polijsten die we allemaal zijn.
“Asclepius: ‘Is de wereld dan goed, Trismegistus?“
“Ja, de wereld is goed, Asclepius, zoals ik je zal uitleggen. Het Hogere geeft aan alle wezens en aan alle dingen in de wereld op verschillende manieren van het goede, zoals onze jeugd, onze ziel en ons leven. Maar het verspreidt ook het goede in de wereld zoals de veranderende seizoenen, de vruchten van de aarde, geboorte, groei, volwassenheid en andere soortgelijke geschenken.”
Vraag 7: Zie jij de wereld ook als inherent goed en vervuld van het goede?
Ik voel mij vereerd om een menselijk leven te mogen leiden. Als je in goed of slecht wilt denken, dan is het altijd gelijk ; even veel “goed” als “slecht”. Langzaam maar zeker realiseer ik mij dat dat misschien niet nodig is. Ik probeer van alles te genieten, zelfs als de achtbaan van het leven even naar beneden stort. Zolang ik mij herinner dat ik in een achtbaan zit kan ik mijn armen in de lucht gooien en kan ik er helemaal voor gaan!