De 42 testen van Ma’at
In de Egyptische religie vertegenwoordigde de godin Ma’at het ethische en morele principe waar elke burger zich gedurende zijn of haar leven aan diende te houden. Er werd van iemand verwacht dat hij of zij met eer en waarheid goed handelde richting het gezin, de gemeenschap, de natie, het milieu en de goden. Een persoon mocht niet falen in de 42 testen van de godin.
In de Amerikaanse tv-serie American Gods komt de volgende mooie scene voor waarin een zojuist overleden vrouw de god Anubis ontmoet. Voordat ze mag doorreizen wordt haar hart eerst gewogen. Indien haar hart door een slecht leven geleid te hebben zwaarder is dan een veer van de godin Ma’at zal haar hart vernietigd worden. Maar indien haar hart lichter is dan de veer van Ma’at dan mag ze doorreizen naar het vredige en harmonieuze Duat (hiernamaals).
Indien je ook graag wil dat je hart lichter blijft dan een veer van Ma’at dan mag je niet falen voor de volgende 42 testen. Sommige zullen voor de moderne mensen wat makkelijker zijn om te voorkomen dan andere, zoals het slachten van vee dat gegeven is aan de goden of een heilige cake niet stelen. Maar andere testen, zoals niet onnodig negatieve emoties te hebben gevoeld, niet je stem in boosheid te hebben verheven of nooit gevloekt te hebben, is voor de moderne mens in de tijdperk van sociale media flink lastiger.
De 42 testen van Ma’at
De 42 testen van Ma’at worden genoemd in de papyrus van Ani. Het werk dateert uit de 19e dynastie van het Nieuwe Rijk uit het oude Egypte (ca. 1250 v.Chr).
- Ik heb geen zonde begaan.
- Ik heb geen beroving met geweld gepleegd.
- Ik heb niet gestolen.
- Ik heb geen mannen en vrouwen gedood.
- Ik heb geen graan gestolen.
- Ik heb geen offergaven gestolen.
- Ik heb de eigendommen van de goden niet gestolen.
- Ik heb geen leugens geuit.
- Ik heb geen eten meegenomen.
- Ik heb geen vloeken uitgesproken.
- Ik heb geen overspel gepleegd.
- Ik heb niemand laten huilen.
- Ik niet nutteloos negatieve emoties gevoeld.
- Ik heb niemand aangevallen.
- Ik ben geen bedrieger.
- Ik heb geen bouwland gestolen.
- Ik ben geen afluisteraar geweest.
- Ik heb niemand belasterd.
- Ik ben niet zomaar boos geweest.
- Ik heb de vrouw van geen enkele man belachelijk gemaakt.
- Ik heb de vrouw van geen enkele man beledigd.
- Ik heb mezelf niet verontreinigd.
- Ik heb niemand geterroriseerd.
- Ik heb de wet niet overtreden.
- Ik ben niet boos geweest.
- Ik heb mijn oren niet gesloten voor de woorden van de waarheid.
- Ik heb niet gelasterd.
- Ik ben geen gewelddadig persoon.
- Ik ben geen aanjager van strijd (of een verstoorder van de vrede).
- Ik heb niet met onnodige haast gehandeld (of geoordeeld).
- Ik heb niet met andermans zaken bemoeid.
- Ik heb mijn woorden niet vermenigvuldigd tijdens het spreken.
- Ik heb niemand onrecht aangedaan, ik heb geen kwaad gedaan.
- Ik heb geen tovenarij tegen de koning gepleegd (of laster tegen de koning).
- Ik heb de waterstroom nooit gestopt.
- Ik heb mijn stem nooit verheven.
- Ik heb God niet vervloekt of gelasterd.
- Ik heb niet met kwade woede gehandeld.
- Ik heb het brood van de goden niet gestolen.
- Ik heb de khenfu-cakes niet weggenomen van de geesten van de doden.
- Ik heb het brood van een kind niet afgepakt, noch de god van mijn stad met minachting behandeld.
- Ik heb het vee van de goden niet geslacht.
