Wie is Hermes Trismegistus en Thoth?
De belangrijkste personage in het Corpus Hermeticum is Hermes Trismegistus. In de oude Griekse religie was Hermes de boodschapper van de goden, de beschermheilige van grenzen en van degenen die grenzen moesten oversteken, zoals reizigers en herders.
Hermes werd geassocieerd met menselijke activiteiten waarvoor een alerte intelligentie nodig is, of ze nu op goede of slechte doelen zijn gericht. Daarom was Hermes ook de beschermheer van redenaars, dichters, geletterden, uitvinders en atleten, maar ook van dieven en leugenaars.
In het Hellenistische tijdperk was Hermes verbonden met de Egyptische god Thoth. Thoth is het hart en de tong van de zonnegod Ra. Thoth communiceert de wil van Ra. De taak van Thoth is zowel het behoud van de universele harmonie door goed en kwaad in een staat van perfect evenwicht te houden, als de exacte verhoudingen vast te stellen van de hemellichamen, wiens bewegingen hij regeert.
Om deze reden wordt Thoth vaak geassocieerd met (morele) wetgeving. Thoth is de ‘secretaris’ van de goden en een van de taken die hij in deze rol vervult is om de resultaten vast te leggen wanneer het hart van een overledene wordt gewogen tegen de veer van Ma’at, de vrouw van Thoth en godin van de gerechtigheid.
Als het hart van de overledene zwaarder is dan de veer van Ma’at door zonden die tijdens het leven zijn begaan, dan zal de overledene schuldig worden bevonden en veroordeeld worden tot helse straffen. Thoth is tevens de uitvinder van het schrijven, van het hiërogliefen-alfabet, van de wetenschap, religie, filosofie en magie.
In het Corpus Hermeticum is Hermes Trismegistus over het algemeen degene die de mens de goddelijke openbaring brengt over God, de structuur van de kosmos en de ware aard van de mens. De identiteit van de ontvanger van de openbaring van Hermes varieert. Soms is de ontvanger Asclepius, andere keren is dat Tat, die soms wordt beschouwd als de zoon van Hermes. Maar ook de koning Ammon ontvangt openbaringen.
De brenger van de goddelijke openbaring kan ook variëren. In de eerste hermetische verhandeling, getiteld Poimandres, is Poimandres en niet Hermes de goddelijke onthuller, terwijl in hoofdstuk 11 van de Corpus Hermeticum de brenger van de goddelijke openbaring het goddelijke intellect is. Tenslotte zijn er hermetische verhandelingen waarin degene die naar de openbaring luistert niet wordt aangesproken met een specifieke naam. Soms is hij gewoon een zoon die luistert naar de lessen van zijn vader.
