12 regels voor een beter leven
Wijze mensen hebben ons door de eeuwen heen talloze regels gegeven waardoor we gelukkiger kunnen worden. Omdat je maar weinig kunt onthouden is het goed om te vertrouwen op een paar basisregels. Het is namelijk helaas maar al te gemakkelijk om de simpele waarheden te vergeten. En meestal leren we door vervelende gebeurtenissen in de praktijk dat ze waar zijn.
Daarom zijn hier enkele tips van de filosoof Seneca over hoe je een beter leven kunt leiden. Sommige van zijn leefregels zal je vanzelfsprekend vinden en een kwestie van gezond verstand.
Mogelijk heb je een aantal van deze leefregels al van je ouders, grootouders of leraren geleerd. Dit komt omdat het stoïcisme, de filosofische stroming die Seneca beoefende, onderdeel is geworden van onze westerse, Europese cultuur.
12 eenvoudige leefregels uit de stoïcijnse filosofie
1 – Hoe weet je of je rijk bent?
“Het is niet de man die te weinig heeft die arm is, maar degene die naar meer verlangt. Je vraagt wat de juiste limiet is voor iemands rijkdom? Ten eerste, datgene hebben wat essentieel is, en ten tweede, datgene hebben wat voldoende is. Het najagen van luxe gaat tegen de natuur in. Door de eeuwen heen is luxe alleen maar gegroeid en gegroeid en verleidt ze de intelligentie van de mens in de ontwikkeling van ondeugden.”
2 – Hoe word je niet arm?
“Hier is een andere uitspraak van Epicurus: ‘Als je je leven vormgeeft volgens de natuur zul je nooit arm zijn. Als je je leven baseert op de mening van mensen zul je nooit rijk zijn.” Natuurlijke verlangens zijn beperkt. De verlangens die voortkomen uit verkeerde gedachten stoppen nooit, want onwaarheid heeft geen eindpunt. Wanneer een persoon een pad volgt, komt daar vroeg of laat een eind aan. Maar als je maar wat ronddoolt, dan komt daar nooit een eind aan. Dus geef zinloze, lege wandelingen op. En wanneer je wil weten of het verlangen dat in je wordt opgewekt door iets wat je nastreeft natuurlijk en goed is, vraag jezelf dan af of dit verlangen in staat is om op elk moment tot rust te komen. Want als je na een lange wandeling in de verte een nieuwe horizon ziet waar je naartoe wil lopen, wees er dan zeker van dat dit geen natuurlijk verlangen is.”
3 – Wees beter dan een menigte
“Volg niet het voorbeeld van hen die hunkeren naar aandacht, en niet naar hun eigen verbetering, door bepaalde dingen te doen waarmee ze jou aandacht geven, bijvoorbeeld door je uiterlijk of door je manier van leven. Laat je doel een manier van leven zijn die niet lijnrecht tegenover die van hen staat, maar beter is dan die van de menigte.”
4 – Pas op voor de nadelen van hoop
“Stop met hopen,” zegt hij, en je zult ophouden te vrezen.” Alhoewel ze heel verschillend zijn, trekken ze beiden samen op als een gevangene en de bewaker aan wie hij vastgeboeid is. Angst houdt gelijke tred met hoop. Dat ze samen oplopen is niet verrassend. Beiden behoren tot een geest die gespannen is, tot een geest die met angst kijkt naar de toekomst. Beiden komen voort uit onze gedachten die we ver in de toekomst projecteren in plaats van richten op het heden. Het is hierdoor dat vooruitziendheid, de grootste zegen die de mensheid is gegeven, veranderd in een vloek. Wilde dieren vluchten voor de gevaren die ze zien. En als ze eenmaal zijn ontsnapt aan het gevaar, maken ze zich geen zorgen meer. We worden echter net zo gekweld door wat geweest is als wat komen gaat. Een aantal van onze zegeningen brengen ons schade toe. Herinnering brengt angst terug, terwijl over de toekomst nadenken angst oproept. Niemand beperkt zijn ongeluk tot het heden.”
5 – Geluk is alleen goed als het wordt gedeeld
“Je kan niet genieten van een waardevol bezit tenzij je iemand iemand hebt om het mee te delen. “Wat heb ik eraan om een stuk land in gelijke stukken te verdelen als ik het niet met een broer kan delen?”
6 – Ga om met mensen die je kunnen verbeteren
“Wanneer een geest beïnvloedbaar is en niet te stevig vasthoudt aan wat goed is, moet deze van de menigte worden gered. Het is zo gemakkelijk om mee te gaan met de meerderheid. Trek jezelf zoveel mogelijk in jezelf terug. Ga om met mensen die je kunnen verbeteren. Verwelkom diegenen die jij kunt verbeteren. Het proces is wederzijds. De mens leert wanneer ze lesgeeft.”
7 – Niets verdient bewondering behalve de geest
“Eten zou je honger moeten stillen. Een drankje moet je dorst lessen. Kleding moet kou buiten houden. Je huis moet een bescherming zijn tegen slecht weer. Het maakt geen verschil of het is gebouwd is van leem of van duur marmer geïmporteerd uit een ander land. Begrijp dat riet net zo goed een dak maakt als goud. Verwerp alles dat alleen maar is toegevoegd als decoratie en tot stand is gekomen door onnodige arbeid. Bedenk dat niets bewondering verdient, behalve de geest. Onder de indruk zijn van de geest, voorkomt dat deze door iets anders wordt beïnvloed.”
8 – Beoordeel mensen alleen op hun karakter
“Ik stel voor om mensen te waarderen op basis van hun karakter en niet hun werk. Elk mens heeft een karakter dat hij heeft gekozen. Toeval bepaalt zijn baan. Behandel mensen die maatschappelijk onder je staan op de manier waarop je behandeld zou willen worden door je mensen die maatschappelijk boven je staan.”
9 – Vergeet nooit om te leven
“Er is niets bijzonders aan het leven. Alle mensen, planten en dieren doen het. Waar zou je spijt van hebben om te verliezen wanneer je op korte termijn doodgaat? Vrienden? Weet je hoe je een vriend moet zijn? Jouw land? Ben je echt zo dol op het land waar je woont dat je je avondeten ervoor zou uitstellen? Het zonlicht? Als je kon, zou je dat licht uitdoen? Want wat heb je ooit gedaan dat je een plek in haar licht verdiende? Geef toe, het is niet je gehechtheid aan de wereld van de politiek of je werk, of zelfs de wereld van de natuur, waardoor je je dood wilt uitstellen, Je bent bang voor de dood. Maar hoe ongelooflijk achteloos van haar ben je nu? Je wilt leven, maar weet je wel hoe je moet leven? Je bent bang om dood te gaan. Maar vertel me, is het soort leven dat je nu leidt echt heel anders dan dood zijn? Het leven lijkt op een toneelstuk. Het gaat er niet om hoe lang je op het podium staat, maar hoe goed je je rol speelt. Het is niet belangrijk wanneer je stopt. Stop waar en wanneer je wil. Maar zorg er wel voor dat je het afsluit met een goed einde.”
10 – Kijk uit naar het beste maar wees voorbereid op het ergste
“Ik heb voldoende voorzorgsmaatregelen genomen. Meer dan voldoende om te voorkomen dat ik misleid word. Hier zal je tegen in brengen: “Bewijst de volgende dag echt dat je het nooit fout hebt gezien? Want alles wat er gebeurt waarvan je niet van tevoren wist dat het ging gebeuren, bewijst dat je een foute inschatting hebt gemaakt?” Nou, ik weet niet wat er gaat gebeuren; maar ik weet wel wat er kan gebeuren. En niets van dit alles zal aanleiding geven tot enig protest van mijn kant. Ik ben klaar voor alles. Als ik op de een of andere manier in de steek gelaten ben, ben ik tevreden. De dag in kwestie bewijst in zekere zin dat ik het verkeerd had,wanneer er niks vervelends of verrassends gebeurt. Maar toch had ik het niet helemaal verkeerd, want net zoals ik weet dat alles in staat is om te gebeuren, weet ik ook dat het niet hoeft te gebeuren. Dus ik kijk uit het beste, maar ben voorbereid op het ergste.”
11 – Laat je niet door iets verrassen
“Onverwachtheid verergert een ramp. Het feit dat het onvoorzien was, maakt het verdriet over een ramp groter. Dit is een belangrijke reden om ervoor te zorgen dat niets ons ooit kan verrassen. Daarom moeten we elke mogelijkheid overwegen en de geest sterker maken om goed om te kunnen gaan met dingen die kunnen gebeuren. Doe een rampenoefening in je geest. Bereid je voor op ballingschap, marteling, oorlog, schipbreuk. Ongeluk kan je uit je land verdrijven, of het land van je afpakken. Het kan je doen vluchten naar een wildernis. Je omgeving kan een wildernis worden. Alles wat het lot ons kan aandoen, moeten we voor ogen houden. We moeten niet alleen voorbereid zijn op alles wat er gewoonlijk gebeurt, maar op alles wat mogelijk is, willen we niet overweldigd, verlamd of verdoofd worden door zeldzame ongewenste gebeurtenissen.”
12 – Stel jezelf bloot aan dingen die je aanvallen
“Er zijn twee soorten dingen die ons aantrekken of afstoten. We voelen ons aangetrokken door rijkdom, plezier, een mooi uiterlijk, politieke vooruitgang en verschillende andere aanlokkelijke vooruitzichten. We worden afgestoten door inspanning, dood, pijn, schande en schaarste. Hieruit volgt dat we onszelf moeten trainen niet naar de eerste dingen te verlangen en niet bang te zijn voor de laatste dingen. Laten we de strijd andersom vechten. Laten we ons terugtrekken uit de dingen die ons aantrekken en ons ertoe aanzetten om de dingen te ontmoeten die ons aanvallen. Je kent het verschil, Lucilius, tussen de houding die mensen aannemen bij het beklimmen en bij afdalen van een berg. Degenen die een helling afdalen, leunen achterover en degenen die steil naar boven gaan, buigen voorover. Hoe je je gewicht verdeelt wanneer je klimt of daalt moet overeenkomen met wat je doet. Het pad dat naar genoegens leidt, is het neerwaartse pad. De opwaartse klim is degene die ons naar een ruig en moeilijk terrein brengt. Laten we ons lichaam naar voren gooien wanneer we het moeilijk hebben, en naar achteren om ons af te remmen wanneer we het goed hebben.”