De man, het bos en de duivel

Een man hoorde ooit over een groep mensen die in het nabijgelegen bos mooie oude bomen kapten om er geld mee te verdienen. Hij vond dit maar niks. Waarom had een boom alleen waarde wanneer deze was omgehakt? De man wilde de oude bomen redden en besloot om de groep houthakkers aan te spreken en hen te laten stoppen.

Toen de man op weg was naar de houthakkers, kwam de duivel naar hem toe en vroeg:
“Waar ga je heen?”
De man zei: “Ik ga die houthakkers stoppen.”
De duivel zei: “Nee, nee, doe het niet.”
‘Wie ben jij om me te vertellen wat ik moet doen? Ik ga ze streng toespreken en laten zien dat ze verkeerd bezig zijn.”
De duivel zei: “Ik ben de duivel. Ik zei je dat niet te doen. Ik laat je niet die houthakkers stoppen.”
De man riep: ‘Jij! Je kan me niet stoppen.”

Hij greep de duivel en gooide hem op de grond. De man ging op de borst van de duivel zitten en legde zijn handen om de keel van de duivel, bereid om hem te doden.

De duivel zei:
“Je bent erg onredelijk. Je gaat proberen die houthakkers te stopppen, maar die groep mensen wil niet stoppen. Ze kunnen je zelfs vermoorden. Dan blijft je gezin berooid achter. Wees redelijk. Stop dit plan. Ik maak een afspraak met je. Ik weet dat je als arme man maar twee koperen munten per dag verdient. Je bent een vroom man en je hebt een grote familie, en je helpt ook graag andere mensen. Elke ochtend leg ik twee gouden munten onder je bed. In plaats van naar de houthakkers te gaan en jezelf te laten vermoorden, kun je het geld uitgeven aan de behoeften van je gezin en ook de armen helpen.

De man antwoordde:
“Ik geloof je niet. Je gaat me bedriegen. Iedereen weet dat de duivel een bedrieger en een leugenaar is. Je wilt gewoon jezelf redden.”
De duivel zei:
“Nee, ik ga je niet bedriegen. Geef mij het voordeel van de twijfel. Als je niet elke ochtend twee gouden munten vindt, kun je altijd naar de houthakkers toe gaan en hen proberen te stoppen.”

De man stemde toe. De volgende ochtend vond hij twee gloednieuwe gouden munten onder zijn matras. Hij kocht voedsel en kleding voor zijn gezin en deelde de rest uit aan de armen.

Maar toen hij de tweede ochtend onder de matras keek, vond hij niets. Hij doorzocht de hele slaapkamer, maar vond geen gouden munten. Boos liep de man zijn huis uit en ging op weg om de houthakkers te stoppen.

Onderweg ontmoette hij de duivel weer. De duivel vroeg:
“Waar denk je dat je heen gaat?”
“Jij bedrieger, jij leugenaar! Ik ga die houthakkers stoppen!”

De duivel tikte de man met zijn vinger op de borst en de man viel om. De duivel zei:
“Wil je dat ik je nu dood? Ik wil dat je belooft niet naar de houthakkers te gaan.”
“O nee, vermoord me niet. Ik zal niet naar de houthakkers gaan. Maar ik wil je één ding vragen. Twee dagen geleden versloeg ik je gemakkelijk. Ik pakte je vast en gooide je neer. Waar heb je die enorme kracht vandaag vandaan?”

De duivel zei:
“Luister goed. Laatst wilde je die houthakkers vanuit innerlijke motivatie stoppen. Vandaag vocht je tegen me omwille van twee gouden munten.”

Abonneer
Abonneren op
guest

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

0 Reacties
oudste
nieuwste meest gestemd
Inline Feedbacks
Bekijk alle opmerkingen